Leer het verschil tussen say, tell, speak en talk met duidelijke regels, vaste patronen en echte voorbeelden, zodat je niet meer twijfelt over welk werkwoord je in het Engels moet gebruiken.
Beheers de belangrijkste verschillen tussen Brits en Amerikaans Engels—spelling, vocabulaire, grammatica, interpunctie en opmaak—met praktische voorbeelden en een snelreferentie-spiekbriefje.
Een beknopte, praktische gids voor 30 veelvoorkomende internetafkortingen, met betekenissen, waar je ze zult tegenkomen, voorbeelden en valkuilen om te vermijden.
Een praktische, in de praktijk geteste lijst van 100 zinnen die je daadwerkelijk zult gebruiken—gegroepeerd op alledaagse situaties om je te helpen natuurlijk en vol vertrouwen te spreken.